Het is heel erg onwaarschijnlijk dat Nederland het wettelijke klimaatdoel van 55 procent emissiereductie in 2030 haalt. Dit blijkt uit de jaarlijkse Klimaat- en Energieverkenning (KEV) 2024 van het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL (Planbureau voor de Leefomgeving)). Het PBL heeft hiervoor gebruikgemaakt van de emissiecijfers van het RIVM (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu)/Emissieregistratie (de reeks 1990-2022 aangevuld met de voorlopige cijfers voor 2023).
Met het huidige beleid wordt een reductie van 44-52% verwacht. Tegenslagen zoals vertragingen bij windparken en politieke keuzes zoals het schrappen van kilometerbeprijzing hebben bijgedragen aan deze lagere verwachting. Extra beleid dat snel effect heeft, is nodig om het doel te bereiken. De afgelopen twee jaar zijn veel plannen uitgewerkt, wat heeft geleid tot vooruitgang, vooral in mobiliteit, gebouwde omgeving en industrie. Echter, de elektriciteitssector ziet juist een stijging in emissies door vertragingen en een toename in vraag.
De jaarlijkse Klimaat- en Energieverkenning is op basis van de Klimaatwet één van de verantwoordingsinstrumenten van het Nederlandse klimaat- en energiebeleid. Ook monitort de KEV de voortgang en maakt het rapport inzichtelijk wat de te verwachten effecten van vastgestelde en voorgenomen beleidsmaatregelen zijn. De KEV wordt opgesteld door het PBL in nauwe samenwerking met TNO (Toegepast Natuurwetenschappelijk Onderzoek), CBS (Centraal Bureau voor de Statistiek) en RIVM/Emissieregistratie, en met bijdragen van RVO (Rijksdienst voor Ondernemend Nederland) en WUR (Wageningen University and Research).